Publicaties

0. Buiten beschouwing (1975-1987)

Vijf uitgaven, tussen 1975 en 1987 uitgegeven, blijven hier buiten beschouwing omdat het geen handelsedities zijn. Het betreft Gedichten (1975), Ter Leeringhe ende Vermaeck (1978), de twee gelijknamige vervolgen daarop (1980 en 1981) en De dood in het lied, uit 1987.
Ook Onze zoon is anders (1984) is niet als afzonderlijke uitgave opgenomen en komt alleen ter sprake bij de informatie over de heruitgave uit 1986.

1. Onze zoon is anders (bloemlezing, 1986)

Bloemlezing van liedjes rond het thema zwakzinnigheid.
Met teksten van onder anderen Ernst van Altena, Rob Chrispijn, Pieter de Jong, Freek de Jonge, Frits Lambrechts, Jan-Simon Minkema, Jan Smeets, Herman van Veen, Tony van Verre en Willem Wilmink. Illustraties: Ellen Brouwers. 
Oorspronkelijke uitgave 1984; uitgebreide uitgave, 1986.

De uitgave van 1986 verscheen als eerste deel van de Daja-reeks en beleefde meerdere drukken. 

Willem Wilmink, 2 oktober 1984, over de eerste uitgave:
'Onze zoon is anders is van een verrassend hoog niveau, ook in werk van minder bekende auteurs: jouw De ouders van Jantien bijvoorbeeld, met die prachtige slotregel, Pieter de Jong (Achter en Tas) en de zeer bijzondere teksten van de mij nog totaal onbekende Jan Smeets. Ik hoop dat dit boek de aandacht krijgt die het verdient.'

Bestellen.

2. Van vreemde vogel tot koekoeksjong (bloemlezing, 1987)

Veertig liedteksten van Pieter de Jong over zwakzinnigheid. Inleiding en samenstelling: Frank Verhallen. 
Vierde deel in de Daja-reeks.

Eerste druk oktober 1987, derde druk november 1989.  


Nimmer hoorde of las ik liedteksten die een treffender en ontroerender beeld van zwakzinnigheid en de zwakzinnigenzorg geven dan die van Pieter de Jong. Als broer van een zwakzinnig meisje en arts op een zwakzinnigeninternaat is zijn betrokkenheid met het thema erg groot. Maar ook uit de spaarzame teksten in dit boek die niet over dit onderwerp handelen [...], spreekt oprechte emotie. Pieter de Jong is zoals hij schrijft: niet alleen gevoelig, maar ook altijd integer en bijzonder sympathiek. 

Frank Verhallen in de inleiding, 13 juli 1987

3a. Cursief (cd en boek, 1993)

Cd en boekje met hoogtepunten uit het roemruchtige KRO-radioprogramma. Samenstelling en inleiding: Frank Verhallen [*].
Phonogram, 1993

[*]
Dat Evert de Vries zichzelf de mede-samensteller van de cd noemt, was alleen maar om er zelf beter van te worden. Lees: zijn ego te strelen en zich op te dringen als samensteller van toekomstige bloemlezingen.
Uiteraard zag dit bedrog pas het licht toen de uitgave, met daarop zijn naam, verscheen. Aan de keuze van het repertoire en de toelichtingen daarop heeft hij nul procent bijgedragen.


De cd is in 2007 heruitgegeven (zie hieronder).

3b. Cursief (heruitgave cd, 2007)

Heruitgave van bovengenoemde cd als Luisterboek, maar zonder het boekje (en dat is een groot gemis).

De Volkskrant (Patrick van den Hanenberg), 11 mei 2008:

Op het lijstje van leveranciers van neologismen en stijlvolle verbasteringen staan Van Kooten & De Bie en Wim T. Schippers op eenzame hoogte. Maar ook uit Cursief, het satirische radioprogramma dat tussen 1967 en 1975 twee- of driewekelijks werd uitgezonden door de KRO, zijn een paar schoonheden op te tekenen […], geschreven door Michel van der Plas.
Ofschoon Cursief door een team werd gemaakt […], was Michel van der Plas de ongekroonde artistiek leider van het gezelschap. Andere kopstukken waren Gregor Frenkel Frank, Kees Fens, Godfried Bomans, Netty Rosenfeld, Frits Lambrechts en Frans Halsema.
Van der Plas vond het zalig dat hij zich naast zijn serieuze literaire en journalistieke werk (Elsevier) mocht uitleven in cabaretteksten voor Wim Sonneveld, Frans Halsema & Gerard Cox en Cursief. […] Cursief […] bleek ook een handige proeftuin voor latere theateruitvoeringen. Zo deden Frans Halsema en Gerard Cox in hun theaterprogramma’s een aantal parodieën op spelletjesprogramma’s, zoals de filmquiz Voor een briefkaart op de eerste rang, waarbij de kandidaat het antwoord al wist voordat de vraag gesteld was. Wim Sonneveld gebruikte de befaamde monoloog van de koninklijke stalmeester over de goedbedoelde rotzooi die op Koninginnedag wordt aangeboden door het plebs, die in Cursief door Luc Lutz was gedaan.
Het cd-luisterboek dat onlangs is uitgegeven is een exacte heruitgave van de cd, die Frank Verhallen in 1993 heeft samengesteld voor het Amsterdams Kleinkunstfestival dat in dat jaar speciale aandacht besteedde aan Michel van der Plas. Van de vele honderden nummers die voor Cursief zijn geschreven is een behoorlijk aantal op zeven grammofoonplaten verschenen. Het zou de luisterboek-uitgever hebben gesierd en de cabaretliefhebber hebben behaagd als wat meer in die beschikbare voorraad was gegrasduind voor een iets uitgebreidere selectie.

4. Van veel te veel een spaarzaam deel (monografie, 1993)

Monografie over dichter-vertaler-biograaf-journalist-kleinkunstauteur Michel van der Plas.
Met een bloemlezing van zijn teksten, een bibliografie en discografie.
Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, 1993.


NRC-Handelsblad (Henk van Gelder), 19 maart 1993:

Er ontstaat een gedetailleerd beeld van de wordingsgeschiedenis van heel wat beroemde nummers. Zorgvuldig ontrafelt Verhallen hoe de Wim Sonneveld- en Frans Halsema-hits ontstonden en hoe er werd gewerkt voor de radio. [...]
Het boek over Van der Plas bevat niet alleen veel feitelijke informatie, maar ook vijftig van zijn beste teksten, een bibliografie en een discografie - een voorbeeldig stukje cabarethistorie.


Trouw (Hanny van der Harst), 23 maart 1993:

Het boek, voorzien van een uitgebreide bibliografie en discografie, bevat tal van interessante details, onthult enkele nieuwe feiten en brengt vijftig van de beste teksten bijeen. Het Nederlandse cabaret en Van der Plas mogen auteur Frank Verhallen dankbaar zijn voor zijn nauwgezette werk. 

Bestellen

5. Stad en Land (bloemlezing, 1995)

Bloemlezing van cabaretliedjes over de stad en het land. Met een inleiding over honderd jaar cabaret in Nederland en toelichtingen op de gekozen thema's, waaronder 'Liefde in de stad en op het platteland' en 'Verstedelijking en industrie'.
Uitgave in de reeks Bulkboek, 1995.

Met liedteksten van Ernst van Altena, Eli Asser, Jaap Bakker, Herman Pieter de Boer, Jan Boerstoel, Marijke Boon, Stef Bos, Rob Chrispijn, Jules de Corte, Gerard Cox, Adriaan van Dis, Hans Dorrestijn, Drs. P, Seth Gaaikema, Liselore Gerritsen, Rients Gratama, George Groot, Frans Halsema, Youp van ’t Hek, Sieto Hoving, Harrie Jekkers, Freek de Jonge, Brigitte Kaandorp, Kees van Kooten, Ed Leeflang, Robert Long, André Manuel, Ischa Meijer, Marjolein Meijers, Jaap van de Merwe, Jan Mulder, Pieter Nieuwint, Lennaert Nijgh, Joost Nuissl, Michel van der Plas, Maarten van Roozendaal, Wim T. Schippers, Annie M.G. Schmidt, Ramses Shaffy, Hans Teeuwen, Bram Vermeulen, Guus Vleugel, Paul van Vliet, Jelle de Vries, Friso Wiegersma, Ivo de Wijs en Willem Wilmink.
Deze zijn gegroepeerd rond zes thema’s: (1) liefde in de stad en op het platteland, (2), ‘vreemden’ in de grote stad, (3), ‘ode’ aan de grote stad, (4) het dorpse leven, (5) jeugdsentiment en nostalgie en (6) verstedelijking en industrie. 
‘Teksten die onder meer vertellen over verdwenen dorpen, nieuwe woonwijken, de bio-industrie en avonturen van meisjes in de grote stad.’

Bestellen

6. Het is weer tijd om te bepalen waar het allemaal op staat (geschiedschrijving, 1996)

Uitgebreide geschiedschrijving van 25 jaar Nederlandse cabaret: 1970-1995. Opvolger Wim Ibo's beschrijving van 75 jaar Nederlands cabaret: 1895-1970.
Met bibliografie, discografie, programmaoverzicht, overzicht cabaretprijzen en personenregister.
Geschreven met Patrick van den Hanenberg.
Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, 1996.


Nieuwsblad van het Noorden (Jacques d'Ancona), 7 december 1996:

Respect voor dit waardevolle en boeiende standaardwerk. Ik sta als criticus  ongegeneerd te juichen. Ik kan niet anders. Alles, letterlijk, alles en iedereen komt erin voor, met een overzicht van alle namen en de plek de ze innemen, alle groepen en alle programma's, de lp's en de cd's, foto's, de prijzen en onderscheidingen, veel tekstmateriaal en biografieën, plus een register dat steekproefgewijs grenst aan een ongezonde volledigheid. Daar verdenk ik Frank Verhallen van. Met hulde.
Speels geschreven, zonder pretentie of geheven vingertje, formidabel mooi uitgegeven.


Elsevier (Jan Paul Bresser), 14 december 1996:

Een goed gedocumenteerd rechttoe-rechtaan naslagwerk. Een nuchtere plaatsbepaling dus: wie waren het en wie zijn het nog en wie komen eraan. De blijvers en de achterblijvers. Het eerste en het tweede en het derde circuit, gerangschikt op aard, persoonljkheid, genre en speelterrein. Het is een verbazend lange en vrolijke stoet van komedianten, mooi op maat en in de rij gezet.

Bestellen

7. Volgspot-Live (cd, 1996)

Selectie uit de leukste, scherpste, wrangste, lachwekkendste en ontroerendste cabaretliedjes die in het seizoen 1995-1996 te horen zijn geweest in Volgspot-Live.

Met live-opnamen voor NCRV-radio van onder anderen Acda & De Munnik, André Manuel, Jeroen van Merwijk, Willem Vermandere en De Vliegende Panters. Met cabaretbiografieën van mede-samensteller Frank Verhallen. 


NRC-Handelsblad (Henk van Gelder), 28 oktober 1996:

Het aanbod op deze selectie uit het opname-archief van het NCRV-radioprogramma Volgspot Live loopt sterk uiteen. Van de Berini's en van de beproefde Bram Vermeulen tot de prille rijmvirtuoos Kees Torn. [...] Een aardige staalkaart van het gevarieerde cabaretaanbod van tegenwoordig, met een teer getoonzet stukje bakvissenonzekerheid van Kiki Heessels (Ik woon in een wereld waar ik niet aan wen | Ik wacht op iemand die ik nog niet ben) als mijn favoriet. 

8. We gaan gelukkig dood (bloemlezing, 1997)

75 liedjes over de dood, ter troost en verstrooiing.
Bloemlezing van cabaretliedjes over de dood
Met inleiding en uitvoerige toelichtingen op de gekozen thema's, waaronder 'Mijmeringen over de dood als verschijnsel', 'Overpeinzingen rond de eigen dood' en 'Treuren om de dood van een ander'.
Uitgave in de reeks Bulkboek, 1997

Bestellen 

9. We gaan gelukkig dood (cd, 1997)

25 liedjes over de dood, ter troost en verstrooiing
Cd met cabaretliedjes over de dood, gekozen uit de gelijknamige bundel
Uitgave Quintessence, 1997.


NRC-Handelsblad (Henk van Gelder), 29 mei 1998:

We gaan gelukkig dood [...] is met smaak en repertoirekennis samengesteld en geannoteerd door Frank Verhallen. Gemakzucht is hem vreemd: van de twintig nummers zijn er twee ontleend aan radio-opnamen, twee aan in eigen beheer gemaakte cd's en een aan een bandje van de maker. Ook uit inmiddels obscuur geworden langspeelplaten is materiaal geput.

10. Ga eens naar bed met een cabaretier (geschiedschrijving, 2003)

Uitgave t.g.v. 25 jaar Leids Cabaretfestival. Met onder meer interviews met prijswinnaars, tekstbijdragen van deelnemers en reproducties van archiefmateriaal.
Uitgeverij Bruna, 2003.


De Volkskrant (Patrick van den Hanenberg), 20 maart 2003:

Een kwart eeuw Leids Cabaretfestival levert een reeks van succesverhalen op van Jack Spijkerman, Erik van Muiswinkel (Zak & As), Lebbis & Jansen, Sanne Wallis de Vries en Najib Amhali. Maar ook een enorme waslijst met terecht vergeten kneuzen komt voorbij en een grote groep ertussenin. In de eerste week van april wordt het jubileum gevierd met een parade in Carré. Dan ligt ook het boekje Ga eens naar bed met een cabaretier (de titel komt uit een lied van Lebbis & Jansen) in de winkel. Daarin wordt de geschiedenis van het festival beschreven aan de hand van krantenknipsels, juryrapporten en interviews met deelnemers.  

Bestellen

11. Scrooge (dvd, 2006)

De zelfingenomen, schatrijke vrek Ebenezer Scrooge ontmoet op kerstavond de geest van zijn voormalige compagnon Jacob Marley. Die kwam pas na zijn dood tot het inzicht dat geld minder rijkdom schenkt dan naastenliefde, verdraagzaamheid en liefdadigheid. Hij kondigt aan dat drie verschijningen zich deze kerstnacht aan Scrooge zullen openbaren: geesten van het verleden, het heden en de toekomst. Die kunnen hem nog tot inkeer brengen. Marley raadt hem aan deze mogelijkheid aan te grijpen. Al lijkt Scrooge dan nog onvermurwbaar, natuurlijk eindigt het stuk met zijn loutering.

December 1993 en 1994 is Scrooge, naar Charles Dickens' A Christmas Carol, te zien in een bewerking van acteur-regisseur Bruun Kuijt en met in de hoofdrol acteur-zanger Coen van Vrijberghe de Coningh. Die overlijdt in 1997 plotseling. Van het plan Scrooge te hernemen, komt dan niets meer. Tot Frank Verhallen aan Kuijt vraagt het stuk te regisseren voor de Koningstheateracademie. September 2005 gaat Kuijt aan het werk met 17 studenten, onder wie Jelle Amersfoort, Mirthe Bron, Fenneke Dam, Eliane Feijen, Johan Goossens, Jamie Grant, Marco Roelofs, Marieke Visser en Huibert Wilschut.
Acteur John Leddy, dan inmiddels 75 jaar oud, wordt gevraagd de hoofdrol te spelen.
Scrooge speelt eind december 2005 negen keer in het Koningstheater. Alle voorstellingen zijn uitverkocht. 


De Volkskrant (Alexander Nijeboer), december 2005:
'Kerst is voor sentimentele idioten', foetert John Leddy als de gierigaard Scrooge. Leddy schittert in de rol als de cynische mopperkont die op kerstavond tot inkeer komt, maar ook de studenten van de Bossche Koningstheaterakademie hebben zich verdienstelijk de negentien personages uit het stuk meester gemaakt.
Scrooge is met veel gevoel voor humor en sfeer gemaakt. De podiumbeelden zijn vaak prachtig en de voorstelling heeft aangenaam veel vaart. Het is een heerlijke familievoorstelling.


Bestellen? Stuur een mail naar info@frankverhallen.nl

12. Koningstheaterakademie zingt Georges Brassens (cd, 2006)

Zaterdag 29 oktober 2006 was het precies 25 jaar geleden dat de beroemde Franse chanonnier Georges Brassens (1921-1981) overleed. Brassens was tijdens zijn leven een van de meest markante en populaire vertolkers van het chanson. Hij schreef zo'n 130 liederen, waarin hij het veelvuldig opneemt voor de verschoppelingen en de anti-burgerlijken.
De Bossche architect Gerard Wijnen vertaalde het complete werk van Georges Brassens, dat diezelfde dag, 29 oktober 2006, in boekvorm verscheen onder de titel De grote eik.
Negen studenten van de Bossche cabaretopleiding Koningstheateracademie zongen die zongdagmiddag 18 van de door Gerard Wijnen vertaalde chansons. Muzikaal werden zij bijgestaan door componist-pianist Erik Vlasblom, die alle nummers arrangeerde.

Met medewerking van:
Anna Ågren, Jelle Amersfoort, Mirthe Bron, Roel Dullaart, Sanne Eggenkamp, Eliane Feijen, Jamie Grant, Bas Marée en Alice Rientjes. Idee en samenstelling: Frank Verhallen
 

Brabants Dagblad (Mieske van Eck), 30 oktober 2006:

Dat de belangstelling voor Brassens in Nederland nog niet helemaal weg is, bleek gisteren. Het Koningstheater zat stampvol en moest vele malen nee verkopen. […] Het werk van Brassens is in Nederland nog maar zelden te horen. Het is niet zo makkelijk te zingen en het karakteristieke geluid van de Franse zanger, dichter en componist zelf valt moeilijk te overtreffen. Maar Brassens is 25 jaar dood en zijn chansons dreigden in Nederland in de vergetelheid te raken. Negen studenten van de Koningstheateracademie lieten gisteren […] zien en horen dat Brassens nog springlevend is en ook in eigentijdse vertolkingen overeind blijft. […] Opvallend veelzijdig was de begeleiding in ieder geval, compleet met achtergrondkoortjes en ritmische vondsten. Op het podium vormden de zangers elkaars publiek en creëerden zo de sfeer van een Frans café, compleet met zwarte kleding, sigaretten en wijnflessen. De drie zangers en zes zangeressen hadden elk een heel eigen geluid en interpretatie van de chansons van Brassens. Soms zongen ze breekbaar, zoals Jamie Grant in Les copains d'abord, soms juist fel en gepassioneerd, zoals Roel Dullaart in Passanten. Vreemd was het om Dans l'eau de la claire fontaine (In de heldere bron) nu eens door een vrouw (Alice Rientjes) te horen zingen. Het dichtst bij het oorspronkelijke werk van Brassens kwam Bas Marée, die zichzelf op de gitaar begeleidde in Onweer en Het testament. Avontuurlijk was Mirthe Bron in Het eerste meisje (La première fille). [...] Bij vlagen zijn de vertalingen van Gerard Wijnen geniaal, zoals Uitvaarten van toentertijd (Les funerailles d'antan), prachtig vertolkt door Sanne Eggenkamp.  

Bestellen? Stuur een mail naar info@frankverhallen.nl 

13. Cabaretpioniers (geschiedschrijving, 2007)

Eduard Jacobs, Jean-Louis Pisuisse, Koos Speenhoff en Fien de la Mar
Eerste uitgave in de reeks Koningstheatercahier, 2007

Bestellen

14. Wie wat vindt, heeft slecht gezocht (lezing in tekst en beeld, 2008)

Over Theo Maassen
Met de rede die Frank Verhallen uitsprak toen Theo Maassen de Prijs der Kritiek kreeg uitgereikt
Tweede deel in de reeks Koningstheatercahier, 2008.

De Volkskrant (Patrick van den Hanenberg), 10 april 2008:

Het boek maakt deel uit van de smaakvol uitgevoerde reeks Koningstheatercahier, boekuitgaven rond het thema kleinkunst, geschreven door Verhallen, directeur van het Koningstheater en de Koningstheaterakademie in Den Bosch. In die hoedanigheden ziet hij heel wat gearriveerde en beginnende cabaretiers langskomen en zijn mening over het aanbod van zinnig cabaret is niet positief. Hij ziet wel veel Kunstenmakers, maar weinig Kunstenaars, die vermaak als middel zien en met hun teksten prikkelen, jeuken en steken.
Verhallen analyseert de kunstenaar Maassen aan de hand van drie foto's die tot kijken dwingen, maar die je eigenlijk niet wilt zien, omdat je medeplichtig wordt aan wat er op de foto gebeurt. Een man die triomfantelijk de rok omhoogtrekt van een vrouw, die dat beschaamd probeert te voorkomen, een geblinddoekt paard dat in een slachthuis met een hamer doodgeslagen wordt en een schijnbaar gelaten man de het graf voor zijn kameraden en zichzelf heeft gegraven en nu door een soldaat als laatste wordt doodgeschoten. Verhallen vergelijkt de vorm van cabaret van Maassen met dit soort verontrustende foto's, die indringende vragen stellen zonder tot een bevredigend antwoord te komen.
Hoeft ook niet, want Dirk Witte schreef al voor Pisuisse: 'Wat je zoekt, kan geen ander je geven.' Dichter Rutger Kopland stelde het nòg scherper: 'Wie wat vindt, heeft slecht gezocht.'

Bestellen

15. Het moet er allemaal nog zijn (rijk geïllustreerde monografie met cd, 2009)

Over Willem Wilmink - met cd waarop studenten van de Koningstheateracademie zijn werk zingen
Derde uitgave in de reeks Koningstheatercahier, 2009. Foto's: Jaap Reedijk.

De Volkskrant (Patrick van den Hanenberg), 30 juli 2009

Op de diverse cabaretfestivals rukken de studenten van de Koningstheateracademie uit Den Bosch steeds meer op. De opleiding van Frank Verhallen heeft zich ontwikkeld tot een degelijke kleinkunstacademie. Het werk van Willem Wilmink is natuurlijk verplichte kost. Het moet er allemaal nog zijn (een zinnetje uit De oude school, dat door Don Quishocking bekend werd) is een eerbetoon aan de Twentse schriijver door de studenten. Verhallen, een groot Wilmink-fan, schreef er een uitgebreide en prachtig geïllustreerde oeuvreanalyse bij die houdt snijdt. Het is duidelijk dat de studenten in Den Bosch goed worden onderwezen in tekstinterpretatie. Geen lettergreep gaat verloren. Zo komt de verfijnde ironie en Wilminks mededogen voor de verliezers in de samenleving haarfijn over.


Brabants Dagblad (Mieske van Eck), 30 juli 2009:

Het stuk van Verhallen over Wilminks kleinkunst verscheen eerder in het Schrijversprentenboek Ik droomde dat ik wakker was (2004) over Wilmink. In zijn eigen boek heeft Verhallen de citaten vervangen door 24 volledig afgedrukte teksten. Het zijn de teksten die ook worden gezongen of gedeclameerd op de bijgevoegde cd.
Verhallen haalt ook herinneringen op aan de mens Wilmink. Zijn verknochtheid aan zijn geboortestad Enschede, zijn liefde voor het werk van de dichter Hendrik de Vries, zijn (vaak teleurstellende) ervaringen als leraar en zijn ziekte en veel te vroege dood.
Voor de kenners van Wilmink is dit boek een feest der herkenning, voor de niet-kenners is het een inwijding in zijn betekenis voor de kleinkunst.


Bestellen

17. c2 x m2 (cultureel overzicht en tekst en beeld, 2011)

Tien culturele dubbelportretten op de vierkante meter
Beeld: Mo van Hal; teksten: Frank Verhallen
Eerste uitgave (in samenwerking met Stichting Cultuurfonds 's-Hertogenbosch) in de reeks Het Rode Huis, 2011

Tien keer twee culturele partners op de Bossche werkvloer, te weten:

Marc Bolsius & Joep Lennarts (†) - fotografen (Brabants Dagblad);
Marc Eysink Smeets & Jan van der Putten - cultuurmakers (Collectief Zoldermannen | Verkadefabriek);
Monique Hanssen & Bart Welten - lijstenmakers (Lijstenmakerij Monart);
Majke Hüsstege & Ilse Vermeulen - galeriehouders (Galerie Hüsstege | Galerie InDruk);
Petra Janssen & Edwin Vollebergh - ontwerpers (Studio Boot):
Bart Klink & Katinka Polderman - theatermakers (Koningstheater | Koningstheateracademie);
Charles de Mooij & René Pingen (†) - museumdirecteuren (Noordbrabants Museum | Design Museum); 
Ton Rombouts & Rodney Weterings - gemeentebestuurders (burgemeester | cultuurwethouder);
André Stikkers & Erwin Verzandvoort - boekverkopers (Boekhandel Adr. Heinen); 
Aart & Miel Wijnen - architecten (De Twee Snoeken) | Wijnen Architectuur).


Bestellen

16. Voor de drempel (restaurantgids in proza, poëzie en beeld, 2010)

Restaurantgids 's-Hertogenbosch voor theaterbezoekers
Geschreven met Eric van Sauers en m.m.v. onder anderen Ronald Goedmondt, Jochen Otten, Katinka Polderman, Hans Sibbel en Jan Jaap van der Wal
Voorwoord: Youp van 't Hek
Vierde (en laatste) uitgave in de reeks Koningstheatercahier, 2010.


Uit het voorwoord:

De beste herinneringen aan sommige van de in dit boek bescheven restaurants bewaar ik aan de momenten ná mijn voorstelling. Zoals twee keer in De Opera na een optreden in het Koningstheater: als ik iets te vieren heb met mijn medewerkers en als ik, op uitnodiging van Frank, over ons vak ga praten met collega Jan Jaap van der Wal.
Dit boek is bedoeld voor iedereen die iets wil eten vóór de voorstelling. Het heet daarom Vóór de drempel. Wat restaurantbezoek ben ik zelf iemand die vooral naar de restaurant verlangt van Na de drempel.

Youp van 't Hek


Bestellen

18. Kijk! Dat is Freek (tafelboek: leven en werk in tekst en foto's, 2011)

Oeuvreboek van 640 pagina's. Met naast de reguliere uitgave een luxe, gelimiteerde, gesigneerde en genummerde editie. 
Met veel illustraties, met columns en biografische informatie en met als hart van het boek beschrijvingen van het werk van de grootste naam van het Nederlandse cabaret.
Uitgeverij De Buitenspelers, 2011.


De Volkskrant (Paul Onkenhout), 14 september 2011:

Het is aannemelijk dat het leven van Freek de Jonge (1944) na het verschijnen van de vuistdikke, loodzware (5 kilo) en zoals dat heet rijkelijk geïllustreerde ode Kijk! Dat is Freek geen enkel geheim meer bevat. […] Behalve vuistdik en loodzwaar is Kijk! Dat is Freek gedetailleerd. […]
Kijk! Dat is Freek […] is een peperduur boek over het oeuvre van Freek de Jonge. Het is daardoor natuurlijk ook een boek over Freek de Jonge, de schepper van het oeuvre, maar een biografie kan de pil niet worden genoemd. Het is een halve biografie, laten we het daar maar op houden, net zoals die koffietafelboeken over grote voetballers waarmee uitgeverij De Buitenspelers onder leiding van oud-journalist Matty Verkamman de boekenwereld heeft verbaasd. […]
Net zoals in de stoeptegels over Johan Cruijff en Willem van Hanegem wordt de lezer in Kijk! Dat is Freek uitputtend geïnformeerd. Al zijn voorstellingen worden uitvoerig besproken, van de optredens van Neerlands Hoop in Bange Dagen (1968-1979) tot Neven (2011). Het gevaar dat de tekst het onderspit delft tegen de enorme hoeveelheid foto’s en afbeeldingen is groot. […]
In Kijk! Dat is Freek wordt niet gemopperd en wordt hem uitbundig en zonder enige remmingen eer betoond. Behalve ‘de grootste naam van het Nederlandse cabaret’ is De Jonge ‘de cabaretier wiens oeuvre zo omvangrijk is dat het onvoorstelbaar is dat hij dat in één werkzaam leven heeft bedacht, geschreven en vertolkt’. Dat schrijft hoofdauteur Frank Verhallen in het voorwoord en daarmee is de toon gezet. 


NRC-Handelsblad (Henk van Gelder), 16 september 2011:

Freek de Jonge is overstelpend. Niet alleen wegens de opeenstapeling van hyperbolen en metaforen in zijn voorstellingen, de dwingende voordracht en zijn nog steeds niet versaagde vernieuwingsdrang, maar ook wegens de kwantiteit. Kunst laat zich niet afmeten aan aantallen en hoeveelheden, maar bij hem mag dat. Sterker nog: hij heeft het vaak eigenhandig uitgelokt. Er moesten records worden gevestigd. Eerst tien tv-conferences in tien maanden (in het seizoen 1998-1999) – en zelfs dat was nog niet genoeg. In het najaar van 2004 maakte hij er maar liefst vijftien, elke week één. Het hield niet op en het is nog altijd niet voorbij.

Geen wonder – en hoogst passend dus – dat het boek Kijk! Dat is Freek […] net zo overstelpend is als de man over wie het gaat. Kolossaal, baksteendik, loodzwaar (vijf kilo, roept de uitgever trots) en overvol. Het had dunner gekund. Niet alle citaten uit de vele interviews die De Jonge in zijn lange loopbaan heeft gegeven, zijn even noodzakelijk. Alle citaten uit de voorstellingen en uit de kritieken evenmin. Freek en zijn critici zijn weleens in herhalingen vervallen, dat is onvermijdelijk. Een strenge redacteur had hier en daar kunnen schrappen. Maar aan de andere kant: nee, zo dik en zo groot en zo gewichtig moet het maar wezen. De gewichtigste cabaretier van de laatste vijftig jaar verdient niet minder. Dit is een bewonderboek. En omdat bewondering soms gepaard gaat met enige amechtigheid, is dit ook een boek om op zijn minst een beetje amechtig van te worden.

Frank Verhallen, voormalig cabaretcriticus van Trouw en huidig theaterdirecteur, beschrijft in Kijk! Dat is Freek alle programma's die Freek de Jonge in de loop der jaren heeft gemaakt. Inclusief zijn allereerste optreden als conferencier, in 1966 in Goes, de roesjaren van Neerlands Hoop en zijn verbluffende begin als solocabaretier. Dat zijn er honderd, aldus de auteur, maar hij heeft dan ook alles meegerekend – ook allerlei eenmalige evenementen, boeken, films, toneelrollen (King Lear, Minetti), sportconferences, improvisatievoorstellingen en wat er verder nog was. Van al die projecten beschrijft Verhallen hoogst gedegen de achtergronden, de inhoud, de reacties en de sporen die het heeft nagelaten in boek- of cd- of dvd-vorm. Ook citeert hij zinsneden die typerend zijn gebleven. Zoals: ‘Alles is al eens gezegd, zei de cynicus. Maar er is nog nooit geluisterd, sprak de optimist.’ […]

Veel tekst, kortom, maar ook heel veel beeld. De vele honderden foto's – van elk programma ten minste twee of drie – laten zien dat Freek de Jonge niet alleen een uiterst verbaal cabaretier is, maar tegelijk de visueelste van allemaal. Bij niemand in die sector zijn zo veel wondermooie toneelbeelden en theatereffecten te zien als bij hem. Zo bezien is dat beeldverhaal vooral een ode aan Hella de Jonge, die sinds 1980 bijna alle kostuums en decors voor de shows van haar man heeft vormgegeven. En bovendien heeft De Jonge altijd de beste theaterfotografen ingeschakeld om zijn programma's vast te leggen.

Maandag vertelde Freek de Jonge in De Wereld Draait Door over zijn verrassingsoptreden op De Parade, deze zomer. Na een succesvolle voorstelling zou een jonge toeschouwer hem hebben gevraagd of hij zoiets wel vaker deed. ‘Veertig jaar’, zou hij toen hebben geantwoord. Dat illustreert – apocrief of niet – de vluchtigheid van zijn vak. In populariteit is hij inmiddels gepasseerd door jongere navolgers. Tja, zo gaat dat. Des te beter dat er nu zo'n boek is.
Intussen is zijn eerzucht ongebroken. Hij is 67, maar wil nog van geen wijken weten. Stoppen? ’Ik  ben eraan verslaafd’, zegt hij ergens in het boek. ’Daarom zal ik niet kunnen stoppen.’ Zo bezien houdt dit boek op een willekeurig moment op.

Bestellen

19. Mooi Lied 1 (cd, 2014)

Cd-uitgave 2014

Het Lied
. Niet het liedje. Een liedje is een deuntje van de radio dat vervliegt. Maar een Lied kerft zich voor altijd in je huid. Dat Lied dus. Dat Mooi Lied, daar draait het om.
Een ensemble van jonge zangers vertolkt ze: Frank Boddin, Mathieu Engels, Kiki Schippers, Kirsten van Teijn en Elke Vierveijzer. Met als hun baken Erwin van Ligten, bekend als gitarist van onder anderen Astrid Seriese, Mathilde Santing, Julya Lo’ko en Micheline van Hautem. 
Zij zingen een keuze uit het mooiste Nederlandstalige theaterliedrepertoire, samengesteld door cabarethistoricus Frank Verhallen en vertaald naar nu door de onbevangenheid van deze vertolkers in combinatie met Erwins eigenzinnige snarenspel. Met als doel dat het repertoire levend blijft.
Liederen van de beste liedauteurs, componisten en zangers. Mooi, mooi, mooi. Om te janken zo mooi!

Bestellen

20. Westeriks Werk(elijkheid) (beeldende kunst in tekst en foto's, 2014)

Westeriks werkelijkheid. De wereld van Co Westerik
25 tekeningen en aquarellen van Co Westerik, gekozen, ingeleid, toegelicht en verbeeld door Frank Verhallen

Uitgave t.g.v. 90ste verjaardag Co Westerik
Beeld: Mo van Hal; teksten Frank Verhallen
Met voorwoord van Co Westerik
Tweede uitgave in de reeks Het Rode Huis, 2014


Brabants Dagblad (Mieske van Eck), 14 maart 2014:

Verhaaltjes of theaterstukken zijn de werken van Co Westerik voor Frank Verhallen. Hij hoeft thuis maar om zich heen te kijken en hij kan ze lezen en beleven. [...] In Westeriks Werkelijkheid bespreekt Verhallen 25 Westeriks. Het is niet zomaar gis-mis wat hij doet. Hij heeft zich grondig verdiept in Westerik en kan ook nog eens goed kijken. Duidelijk is hoe hij zich herkent in Westeriks vaak gekantelde en rauwe werkelijkheid [...]
Verhallen bespreekt de belangrijkste thema's in het werk van Westerik, zoals eenzaamheid, geboren worden en sterven, hoe jong leven met de natuur verbonden is en hoe de volwassen mens de natuur pas weer vindt in de dood. Hij toont ook hoe Westerik hem raakt. 





Printemps (2011)



In veel werk leest hij de kringloop van het leven, zoals in Printemps (2011, pen, aquarelverf, krijt en potlood), dat Westerik maakte in Badourès, waar hij de helft van het jaar woont. In dat door iedereen, behalve door hem en zijn vrouw, verlaten dorp dringen gedachten aan zomer en winter en eindigheid zich gemakkelijk op. Verhallen schildert die bijna dode Franse streek met zijn haast verlaten armoedige dorpjes, "de half-vergane kerkhoven met vergeten familiegraven en steeds het graf van de onbekende soldaat". En dat alles bij een afbeelding van een blote man die zijn handen op de stam van een boom legt. Verhallen laat hem in zichzelf zeggen: 'Ook na mijn winter wordt het altijd weer lente.'

Bestellen

21. Kluister. Twee eenzame levens (bekentenisproza met foto's, 2015)

Tekst en beeld: Mo van Hal
Inleiding (losbladig): Frank Verhallen
Derde deel in de reeks Het Rode Huis, 2015

Bestellen

22. Neerlands Hoop Compleet. Neerlands Hoop in Bange Dagen, 1968-1979 (oeuvre-box, 2018)

Vijftig jaar na de start van het vermaarde cabaretduo, bestaande uit Bram Vermeulen & Freek de Jonge, verschijnt deze box. Inhoud: drie boeken, negen dvd's, drie cd's, een mini-lp en andere curiosa.. (Uitgeverij Rubinstein, maart 2018).
Auteur-samensteller: Frank Verhallen; vormgever: Paul Roos. 


NRC-Handelsblad (Dick Zijp), 22 maart 2018:

Vorige week verscheen de indrukwekkende oeuvrebox van Neerlands Hoop (1968-1979), het beroemde cabaretduo Freek de Jonge & Bram Vermeulen. De kloeke verzamelbox, samengesteld door Freek de Jonge en cabaretkenner Frank Verhallen, bevat 9 dvd’s, 3 cd’s, 3 boeken en 1 EP. De box, die geheel terecht Neerlands Hoop Compleet heet, is niet te tillen en zit zo propvol dat je de losse delen er bijna niet uit krijgt. Maar dat vergeef je de makers snel, want het gaat om een schat aan materiaal, waarvan een groot deel nog niet eerder te zien of te beluisteren was.
Zo bevat de box zwart-witopnames van Neerlands Hoop in Panama (1971), een televisiebewerking van de in vergetelheid geraakte musical Een kannibaal als jij en ik (1975) en een registratie van de roemruchte voorstelling Bloed aan de Paal (1978). Er zitten drie boeken in de doos, waaronder een goed gedocumenteerde en vlot geschreven geschiedenis van Neerlands Hoop (tekst Frank Verhallen) en een prachtig songbook met verzamelde bladmuziek en liedteksten. […]
Deze oeuvrebox laat mooi zien hoe veelzijdig en vernieuwend het werk van Bram Vermeulen en Freek de Jonge is geweest. Daarmee fascineert Neerlands Hoop nog altijd.

Bestellen? Stuur een mail naar info@frankverhallen.nl 

23. Je leven spelen. De biografie van Youp van 't Hek (2024)

 JE LEVEN SPELEN
De biografie van Youp van 't Hek
Uitgeverij Thomas Rap, september 2024

De komiek, de aanjager, de grootdenker, de gulzigaard, de beterweter, de trooster, de criticus, de romanticus, de sentimentalist, de 'driftkakker'...
Youp van 't Hek (1954) geldt al decennialang als de populairste en meest invloedrijke cabaretier van ons land. Sinds de jaren tachtig speelt hij onafgebroken voor uitvertkochte zalen, van zijn boeken zijn meer dan vijf miljoen exemplaren verkocht en de tv-registraties van zijn voorstellingen en oudejaarsconferences trekken meer dan zeventig miljoen kijkers. In mei 2024 neemt hij na vijftig jaar afscheid van het theater. Het is mooi geweest, hij stopt liever uren te vroeg dan een minuut te laat.

Je leven spelen schetst aan de hand van Youps immens succesvolle carrière een scherp portret van de jongen die er ooit van droomde uit te groeien tot een belangrijk cabaretier en die er, dankzij zijn tomeloze energie en gedrevenheid, in slaagt om die droom binnen tien jaar te laten uitkomen. Van scharrelen in theatertjes met slechts enkele bezoekers tot zijn doorbraak naar het grote publiek in de Alles is Anders-Show in 1984; van zijn eerste oudejaarsconference in 1989 - met de beruchte Buckler-tirade - tot een maandenlang uitverkocht Koninklijk Theater Carré tijdens zijn afscheidstournee. In alles wat Youp al die jaren schrijft, vertelt en zingt, put hij uit zijn persoonlijk leven, dat hij hartstochtelijk leeft als was het zijn 'allerlaatste uur'.


De Volkskrant (Joris Henquet(, 6 september 2024:

De verschijning van dit lijvige boek (572 pagina’s) valt in het jaar dat de 70-jarige Youp van ’t Hek definitief afscheid nam van het podium. Op 25 mei speelde hij in Carré zijn allerlaatste voorstelling. In de biografie worden zijn jeugd en een vijftig jaar omspannende theatercarrière gedetailleerd doorgenomen. Van de beginjaren bij cabaretgroep NAR, de grote doorbraak in de jaren tachtig en de tien oudejaarsconferences tot aan de slotvoorstelling De Laatste Ronde. […]
Door de nauwkeurigheid en zorgvuldigheid waarmee Verhallen schrijft, is de biografie wel degelijk prettig leesbaar. Hij heeft de hele carrière van nabij gevolgd en weet Van ’t Heks werk goed op waarde te schatten. De biograaf levert daarmee een betrouwbare bijdrage aan dit deel van de Nederlandse theaterhistorie.
Wat ook pleit voor dit boek is dat Verhallen zijn onderwerp niet heilig verklaart. Hij gaat zeker in op Youps successen; de hoge bezoekcijfers en oplagen van zijn columnbundels blijven niet onvermeld. […] Dat succes en Van ’t Heks uitgesproken meningen leidden automatisch ook tot veel tegenwind. Verhallen citeert uitgebreid uit vernietigende commentaren. […]
Uit Je leven spelen ontstaat niet per se een nieuw beeld van de artiest of mens Youp van ’t Hek. Wel weet het boek de romantiek van het theaterleven mooi over te brengen. Ook is het een fraaie tijdreis, die leidt tot veel momenten van: ‘O ja, weet je dát nog?’


De Theaterkrant (Patrick van den Hanenberg), 20 september 2024:

Tien jaar heeft Youp van ‘t Hek gesappeld, om de volgende veertig jaar alleen maar voor grote uitverkochte zalen te spelen. En al die tijd was Frank Verhallen erbij. Als liefhebber, als theaterrecensent van dagblad Trouw en als theaterdirecteur/programmeur in Den Bosch. De ideale biograaf dus van Youp van ‘t Hek. Zijn kennis, zijn liefde voor het cabaretvak en bewondering voor Van ’t Hek betalen zich nu uit in de overvolle biografie van de cabaretier die vooral de lol van de roem heeft ervaren. […]
Op nieuwe feiten en inzichten […] zijn we in deze lijvige biografie van ruim 500 bladzijden, exclusief bijlagen, niet gestoten. Dat is ook niet zo gek, want Verhallen heeft voor zijn biografie geen nieuwe interviews afgenomen, maar heeft zich volledig gebaseerd op het enorme archief dat Hekwerk Theaterproducties, Youps impresariaat, heeft bijgehouden: honderden interviews met Van ’t Hek, de recensies, verslagen van allerlei nevenactiviteiten, eigenlijk alles wat er over Youp van t Hek is geschreven. Daarnaast kon Verhallen putten uit zijn eigen enorme archief met alles wat Van ’t Hek zelf heeft geschreven in boeken, columns en bijdragen aan kranten en tijdschriften.