Logboek

Het Logboek (de edities van 2012 t/m najaar 2016 zijn hier niet meer terug te lezen) veranderde 1 januari 2020 weer van een dag- in een Weekboek. Elke week - een enkele keer iets vaker en vaker iets minder - schrijven over wat week maakt. Of zoals ik het tegenwoordig noem: ik ben in mijn leven onderweg om mooie dingen aan te raken. Vanaf juni 2021 zal er minder vaak dan wekelijks een bijdrage te lezen zijn; de schrijftijd gaat op aan boeken die in februari en in oktober 2024 verschijnen.

-----

Voor wie een handvat zoekt: met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar; met de pijl links vooruit naar het volgende. Handiger echter zijn deze links: daarmee ga je naar de inhoudsopgaven van 202320222021, 2020 (deel 1: A t/m F, deel 2: G t/m Ldeel 3: M t/m R, en deel 4: S t/m Z), 2019 en 2018 en de logboeken van 2017 en (enkele van) najaar 2016.

-----

Dat in het beeld de klok op vijf uur staat, is omdat mijn dag al zolang ik mij herinner, begint rond (en meestal al ruim voor) vijf uur 's morgens, hoe laat het 's avonds ook wordt. Sinds de zomer van 2022 sta ik op om steevast drie uur. Om te schrijven zijn het mijn meest productieve uren van de dag.

Week 42 - 84. Streken

zaterdag 22 oktober 2022

1.
De naam van het restaurant had ik hier best durven noemen, maar het bestaat niet meer, dus dat heeft geen zin. Het zal najaar 2009 zijn, als cabaretier en vriend Eric van Sauers en ik beginnen aan een bundel over twaalf goede Bossche restaurants. We zijn aan het voorproeven om een afgewogen keuze te maken. Dit restaurant valt onmiddellijk af na ons bezoek. Niet omdat het eten slecht is; wel vanwege de valse streek die de gastheer ons levert.
We hebben ervoor gekozen in deze fase alleen een hoofdgerecht te nemen; als we onze twaalf restaurants gaan bezoeken om erover te schrijven, kunnen we ons daardoor extra verheugen op wat eraan vooraf gaat en erna komt.
Alleen een hoofdgerecht dus. In die tijd eet ik nog vlees en de kaart is bescheiden, maar goed. Dat geldt eveneens voor de prijs-kwaliteitsverhouding: mooie keuzes uit vis en vlees voor prijzen tussen de € 27,50 en € 37,50. 
Even nadat wij onze keuze kenbaar hebben gemaakt, komt de gastheer terug naar onze tafel en zegt: ‘De kok wijst mij erop dat hij, buiten de kaart om, nog twee bijzonder mooie hertenbiefstukjes heeft; daar zou u ook voor kunnen kiezen.’ We happen natuurlijk toe en eten er heerlijk van. 
Dan vraag ik de rekening en die valt wel erg hoog uit. Tweemaal hertenbiefstuk: tweemaal € 77,50. Ik wijs de gastheer op de vergissing. Zonder blikken en blozen meldt hij dat hij ons toch gezegd heeft dat hij nog slechts twee heel bijzondere hertenbiefstukjes had ‘en ja, die zijn natuurlijk duurder’. Ik reken af en wij vertrekken met de mededeling dat hij ons hier nooit meer zal zien.

2.
De naam van het restaurant kan ik hier best noemen, maar het zijn al zo’n lastige tijden voor de horeca dat ik dat niet ga doen. 
Vanmiddag stelt de Liefste voor naar een van onze lievelingsrestaurantjes te rijden om een wijntje te drinken en wat kleine gerechten te eten. In het weekeinde gaan ze toch een uur eerder, dus al om 16:00 uur open? We kijken voor de zekerheid op de website: nee, op zaterdag en zondag zelfs al om 15:00 uur. 
Wij zijn er rond 15:30 uur. Het terras is dicht en binnen is het donker. Maar de deur is open en ik zie de gastvrouw en gastheer achter de bar. Hoewel zij ons kennen, bestaat de begroeting uit de mededeling dat zij tot 17:00 uur gesloten zijn. Ik meld dat dat vreemd is, want tot voor kort waren ze in het weekeinde om 16:00 uur al open en op de website staat dat dat tijdstip is vervroegd naar 15:00 uur. De reactie is zo vol ongeloof dat ik op mijn iPhone de website open om hun te wijzen op hun eigen openingstijden. ‘Nou, dan is de website nog niet aangepast’, is het antwoord.
Dat er nog niets te eten is, is ons meteen al duidelijk; we vragen er niets eens naar. Of we dan wel een wijntje kunnen drinken? Opnieuw is de reactie weinig uitnodigend, maar ze sturen ons niet weg. We nemen plaats aan een van de donkere tafeltjes. De Liefste zegt dat we beter kunnen gaan; ik denk: nu we toch al zitten…
Als de gastheer vraagt wat wij willen drinken, bestel ik twee glazen biologische witte wijn. ‘De wijn die wij altijd nemen’, zeg ik er nog bij. Even later komt hij met de wijnkaart. Ik vraag: ‘Jullie hebben toch maar één witte wijn die biologisch is?’ Op de kaart – met alleen de wijnen, niet de prijzen – wijst hij de onderste aan, waar inderdaad bij staat dat die biologisch is. Verder kijk ik niet en verder meldt hij niks.
Als hij met de fles komt, zie ik dat er vanaf nu een andere biologische wijn is. Die is bescheiden van volume – een groot glas met net te weinig erin en dan ook nog eens voor de een iets minder minder dan voor de ander –, maar heel erg goed van smaak. Prima vervanger; voortreffelijke keus! Toch, we zitten nog steeds in het donker en het enige personeelslid dat we zien en vooral horen, voert een lang en luid gesprek met een van zijn kinderen; er komt geen einde aan. Hoe het vanmiddag was en hoe het gaat en wat zij vanavond gaat doen en dat soort prietpraat. De gastvrouw en -heer blijven aan het werk en kijken niet naar ons om. Na een half uur besluiten we daarom om te gaan; wat een teleurstellende middag zo.
‘Dat is € 26:00’, zegt de gastheer als ik kom afrekenen. Wij zijn gecharmeerd van de prijzen hier. De biologische wijn die wij altijd drinken, kost per fles € 27:00. Oké, die is er niet meer en deze is veel beter, maar toch... ‘Ik denk dat je je vergist,’ zeg ik, ‘want wij hebben maar twee glazen gedronken.’ Hij: ‘Dit is wel een heel bijzondere wijn.’ Ik zucht, reken af en loop zonder te groeten weg.
De Liefste ziet aan me dat ik me erger en vraagt meteen wat ik moest afrekenen. Ook zij zegt dat hij zich moet hebben vergist. De gastvrouw bespeurt mijn irritatie en komt ons tot buiten achterna. Ze hoort de Liefste ‘Belachelijk’ zeggen en vraagt wat er is. ‘Twee glazen biologische wijn voor € 26,00.’ ‘Dat kan niet’, zegt ze en loopt weer naar binnen. Nog geen halve minuut later is zij er weer: ‘Hij zegt dat je deze zelf hebt uitgezocht.’ Ik: ‘Jullie hebben één biologische witte wijn en die was € 27,00 per fles; nu heb je nog steeds één biologische wijn en die kost € 13,00 per glas!’ Zij: ‘Ja, maar dit is wel een heel bijzondere wijn.’ Ik: ‘Ja, dat zei hij ook al – letterlijk zelfs.’ Wij lopen weg.
’s Avonds zit het me nog steeds dwars. De afgelopen maanden hebben wij hier gegeten: met elkaar, samen met dochters, samen met de Liefstes zus, samen met vrienden, samen met andere vrienden en samen met weer andere vrienden. Ik stuur de gastvrouw een mail, som mijn grieven op en eindig met dezelfde woorden als in 2009: dat zij ons hier nooit meer zal zien.
’s Nachts heb ik er nog steeds last van en herinner ik me dat voorval uit 2009. Ik kan niet tegen gebrek aan fatsoen en nog minder tegen valse streken. 

Archief 2022