Logboek

Het Logboek (de edities van 2012 t/m najaar 2016 zijn hier niet meer terug te lezen) veranderde 1 januari 2020 weer van een dag- in een Weekboek. Elke week - een enkele keer iets vaker en vaker iets minder - schrijven over wat week maakt. Of zoals ik het tegenwoordig noem: ik ben in mijn leven onderweg om mooie dingen aan te raken. Vanaf juni 2021 zal er minder vaak dan wekelijks een bijdrage te lezen zijn; de schrijftijd gaat op aan boeken die in februari en in oktober 2024 verschijnen.

-----

Voor wie een handvat zoekt: met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar; met de pijl links vooruit naar het volgende. Handiger echter zijn deze links: daarmee ga je naar de inhoudsopgaven van 202320222021, 2020 (deel 1: A t/m F, deel 2: G t/m Ldeel 3: M t/m R, en deel 4: S t/m Z), 2019 en 2018 en de logboeken van 2017 en (enkele van) najaar 2016.

-----

Dat in het beeld de klok op vijf uur staat, is omdat mijn dag al zolang ik mij herinner, begint rond (en meestal al ruim voor) vijf uur 's morgens, hoe laat het 's avonds ook wordt. Sinds de zomer van 2022 sta ik op om steevast drie uur. Om te schrijven zijn het mijn meest productieve uren van de dag.

Week 11 - 29. Vervangkind Lodewijk

dinsdag 15 maart 2022

Parijs, woensdag 11 april 1900

Mon cher,

Ik sta voor een raadsel. Ik wil je er in vertrouwen over vertellen. (Ik weet dat alles wat ik je schrijf voor altijd onder ons blijft, ik ben heel blij dat ik alles wat er in mij omgaat aan jou kan vertellen, mon petit frère, zonder met eventuele gevolgen rekening te hoeven houden!)
Het gaat om het volgende. Ik ontving een brief van Vader waarin hij mij meedeelt dat Moeder een zenuwaanval heeft gekregen. Daar schrok ik van. Maar ik schrok er nog meer van dat Vader zegt dat die veroorzaakt is door een brief die ik aan haar schreef.
Hij verwijt mij dat ik me niet om de gevoelens van anderen bekommer. Ik tast volledig in het duister. Ik ben in gedachten de inhoud van mijn brief nog eens nagegaan, maar kan er niets vreemds in ontdekken. Ik heb de brief nog in klad, brieven aan Vader en Moeder schrijf ik altijd netjes over, opdat zij niet de indruk krijgen dat ik een sloddervos ben. Een eer die jou niet te beurt valt, vrees ik!

In grote onrust, L.








Passage uit Het verloren kind, de nieuwe novelle van schrijver-acteur-muzikant Erik Harteveld (1955). Uitgeverij AFdH biedt die haar abonnees aan. Het achterplat:  

Het jaar is 1900. De student Lodewijk verhuist van Haarlem naar het bruisende Parijs. Muziek is zijn leven. Op het conservatorium ontmoet hij geestverwanten en uiteindelijk zelfs beroemdheden als Maurice Ravel. In veertig brieven aan een broer schetst Lodewijk hoe zijn muziekleven verloopt. Een overleden kind blijkt een cruciale rol te spelen: ‘Niets was van mijzelf, zelfs mijn naam niet.’
De briefschrijver is een zogenaamd vervangkind. In vroegere tijden werd ouders die een kind hadden verloren, vaak aangeraden zo snel mogelijk een nieuw kind te krijgen, opdat ze het dode kind zouden kunnen vergeten. Er zijn nogal wat beroemde vervangkinderen: Vincent van Gogh, Jacques Brel, Salvador Dalí, Peter Sellers.
Niet zelden kregen deze kinderen dezelfde naam als het overleden broertje of zusje. Ze waren soms lang en vruchteloos op zoek naar een eigen identiteit omdat ze eeuwig in de schaduw bleven staan. 

Het verloren kind is een ontroerend verhaal over een zoektocht naar bevrijding, naar de schoonheid en de troost van muziek.

Als een cello jarenlang niet bespeeld wordt, 
verliest zijn klank elke sprankeling en wordt 
hij doods en dor. Wist je dat broertje?

Archief 2022