woensdag 11 november 2020
We wandelen op maandagmiddag met z’n tweeën met onze drie honden door het dorp. We komen voorbij twee spelende kinderen. Meisjes van een jaar of acht. Een van de kleine oudere honden is bang van kinderen, zoals hij ook schrikt van het van bovenaf aanraken van zijn kop. Waarschijnlijk is er in die combinatie in zijn vroegste leven is misgegaan wat hij zich voor altijd negatief heeft ingeprent. Met andere woorden: wij denken dat een kind ooit iets op z’n koppie heeft laten vallen.
Omdat hij bang is, blaft hij een keer tijdens het passeren en de kinderen reageren daarop. Ze vragen waarom dat kleine schattige hondje naar hen blaft. De Liefste antwoordt wat ik hierboven beschrijf: bang van kinderen, misschien ooit pijn gedaan dan wel erg geschrokken… Waarop een van de meisjes zegt: “En van mij is hij natuurlijk nog extra bang.” Zij kijkt bezorgd. De Liefste vraagt waarom dat zo zou zijn: extra bang van haar. Het meisje, wegkijkend: “Omdat ik zwart ben.”
De Liefste is ontdaan en komt met een antwoord als dat de honden zwarte kinderen juist extra lief vinden om zich pas vijf minuten later te realiseren dat het enige goede antwoord is dat het geen enkel verschil maakt wat je huidskleur is. Maar de ontsteltenis gloeit nog lang na. Een hond is bang van mij omdat ik zwart ben… Waarom denkt zij dat? Is er een andere associatie: sommige kinderen spelen niet met mij omdat ik zwart ben?
Aan het begin van de Zwarte-Piet-discussie vond ik het allemaal nogal vergezocht: Zwarte Piet als personage kwetsend voor de niet-Westerse gemeenschap? Totdat de realiteit tot je doordringt via de verhalen van wie ermee te maken kreeg. En helemaal als het moment komt dat dochters – geadopteerd uit China en Zuid-Korea – vertellen hoe zij met het ‘anders zijn’ geconfronteerd zijn – van kleinsaf aan en tot op de dag van vandaag. En dochters vriend, met zijn Kaapverdische achtergrond, wil niet eens aan zo’n gesprek deelnemen, omdat het woord ‘Zwarte Piet’ hem al te zeer doet. Te vaak uitgescholden, gekleineerd…
“Van mij is hij natuurlijk nog extra bang… Omdat ik zwart ben…” Ach, ze is pas acht jaar en te jong voor Black Lives Matters. Maar… haar ik-doe-ertoe-tijdperk komt nog wel, net zoals het besef van de realiteit onder haar pestende, helaas nu nog niet beter wetende leeftijdgenootjes. De hond is (zij het niet helemaal, zo weten we inmiddels) kleurenblind – dat heeft het dier dan wel op de mens voor.
Wordt helaas vervolgd.