dinsdag 10 december 2019
Wij, die opgroeien zonder onze vaders, blazen ze op tot mythische proporties. Hij werkt op een booreiland, is koning van een Afrikaanse stam, gestorven in de oorlog, een held, is een geheim spion, professioneel basketbalspeler, woont in Rio. We vertellen onszelf en iedereen die ernaar vraagt. Want vragen doen ze.
Het klinkt dragelijker dan ik weet niet, geen idee, bij zijn andere vrouw, in de gevangenis, ik zie hem af en toe op het station maar hij herkent me niet. Het is net wat prettiger dan hij schrijft nooit een kaart, hij belt nooit op, hij komt nooit langs maar ik weet dat hij weet waar mijn huis woont.
Dat hij wel elke avond andere kinderen naar bed brengt, dat hij wel iemand heeft leren voetballen, leren fluiten, proberen we niet af te trekken van onze eigenwaarde. Wij proberen het niet persoonlijk te nemen dat hij in 1993 in Nederland blijkt te zijn geweest, dat de bakker hem nog gekend heeft, dat er mensen zijn die wel weten wat zijn lievelingskleur is en welk merk tabak hij rookt.
Dat zijn oude vrienden extra naar je lachen, een Fernandes voor je kopen of je wat geld toestoppen, helpt, maar verzacht toch niet echt. Het wordt pas interessant als ze je achter de rug van je moeder over hem vertellen. Of dat ze een pak brieven tevoorschijn toveren die ze hebben kunnen onderscheppen tussen de deurmat en de prullenbak. Alleen gebeurt dat nooit. Dus moeten we maar raden of er überhaupt brieven in het spel zijn. Of er überhaupt een spel is. En er zijn eigenlijk nooit oude vrienden.
Mama wil er nooit over praten en we willen haar niet nog verdrietiger zien dus houden we onze mond...
Dat ik deze rubriek vooral heb om ‘onderweg de mooie dingen aan te wijzen’, schreef ik hier al. Maar deze laatste maanden van dit jaar geldt dat helemaal nu ik Mooi, mooi! heb geïntroduceerd, juist omdat er deze periode zoveel mooie boeken en cd’s verschenen en verschijnen. En omdat me mooie dingen worden aangereikt die al ouder zijn. Zoals Hoe kan het toch, met verzamelde teksten van Babs Gons.

Ik schreef onlangs over HARDOP, de prachtige Spoken word-bloemlezing die zij samenstelde en waarin de mooiste teksten die van haarzelf zijn. Daarin ik las dat zij in 2017 in eigen beheer al een bundel uitgaf. Hoewel die allang is uitverkocht, was zij zo aardig mij daar toch een exemplaar van toe te sturen. En daar ben ik blij me, want er staan krachtige gedichten, maar ook verhalen in. Zoals Je kan overal zijn, je kan iedereen zijn…, waarvan bovenstaande tekst het begin is.