maandag 04 maart 2019
Vervolg van gisteren.
Prachtig eerbetoon aan Peter van Gestel door Thomas de Veen in NRC-Handelsblad van deze maandag. Hij attendeert me op nog meer samen met Peter van Straaten geschreven boeken, namelijk de Ko Kuier (Carmiggeltiaanse, zij het van een veel jeugdiger slenteraar door Amsterdam)-uitgaven Uit het leven van Ko Kuier (1984) en Ko Kuier en zijn stadsgenoten (1985).
Ik zag ze over het hoofd, want er staan hier ook zoveel boekenmeters rond Van Straaten. Tijdens het zoeken en vinden van die boeken ontdek ik er nog meer van hen samen, waaronder Winterijs (2001).
De Veen wijst erop dat de regel In de man zit nog een jongen – titel van de biografie die Elsbeth Etty schreef over Willem Wilmink – afkomstig is uit een gedicht dat Wilmink voor Van Gestel schreef:
In de man zit nog een jongen
en die zal daar altijd blijven
en wie schrijver is geworden
zal daarover schrijven
En ik leer nog meer. Ik citeer:
Het donkerste boek in Van Gestels oeuvre, Die dag aan zee (2003), is geïnspireerd op de zelfdoding van Van Gestels jongvolwassen broer. De slotzin is typerend: ‘Van alles maken we tenslotte een mooi verhaal.’
En juist dat boek vind ik dus niet terug in mijn bibliotheek!