Logboek

Het Logboek (de edities van 2012 t/m najaar 2016 zijn hier niet meer terug te lezen) veranderde 1 januari 2020 weer van een dag- in een Weekboek. Elke week - een enkele keer iets vaker en vaker iets minder - schrijven over wat week maakt. Of zoals ik het tegenwoordig noem: ik ben in mijn leven onderweg om mooie dingen aan te raken. Vanaf juni 2021 zal er minder vaak dan wekelijks een bijdrage te lezen zijn; de schrijftijd gaat op aan boeken die in februari en in oktober 2024 verschijnen.

-----

Voor wie een handvat zoekt: met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar; met de pijl links vooruit naar het volgende. Handiger echter zijn deze links: daarmee ga je naar de inhoudsopgaven van 202320222021, 2020 (deel 1: A t/m F, deel 2: G t/m Ldeel 3: M t/m R, en deel 4: S t/m Z), 2019 en 2018 en de logboeken van 2017 en (enkele van) najaar 2016.

-----

Dat in het beeld de klok op vijf uur staat, is omdat mijn dag al zolang ik mij herinner, begint rond (en meestal al ruim voor) vijf uur 's morgens, hoe laat het 's avonds ook wordt. Sinds de zomer van 2022 sta ik op om steevast drie uur. Om te schrijven zijn het mijn meest productieve uren van de dag.

Week 6 - 41. Pooweezie [4/9]

zondag 10 februari 2019

[Vervolg van gisteren.]







Onno-Sven Tromp (51) is zo’n eigen-beheerdichter. Trouw laat hem aan het woord:

Tot nu toe heb ik vijf bundels in eigen beheer uitgegeven. Ik schrijf sonnetten en haiku’s (lees hier, fv). Die genres zijn niet in de mode. Bij uitgevers raak ik mijn werk dan ook lastig kwijt. Ik heb het wel geprobeerd, totdat ik dacht: waarom doe ik het niet zelf?

Ik heb als redacteur gewerkt bij uitgever Querido, dus ik wist hoe het moest. Ik kende een freelance-vormgeefster. We kropen samen achter de computer. Daarna heb ik offertes aangevraagd bij drukkers. Een paar weken later stonden de boekjes op de stoep: drie- à vijfhonderd exemplaren, dat was begin jaren negentig het minimum.

Inmiddels gaat het veel eenvoudiger. Bij een selfpublishing-platform als ‘Brave new books’ kun je je manuscript online uploaden. Je kiest een formaat, layout en kaft. Je maakt een omslagtekst en krijgt een indicatie van de kosten. Die platforms zijn aangesloten op bol.com en de boekhandel, dus de afzetkanalen heb je al. Het drukken gaat via ‘printing on demand’: ze drukken alleen wat de handel bestelt. Zo blijf je nooit met boekjes zitten.

Ik redigeer mijn werk zelf. De uitgever mis ik alleen voor de publiciteit; met een bekend label krijg je sneller recensies. Dat snap ik. Dichtbundels in eigen beheer zijn gemiddeld minder goed dan die van uitgevers, maar er zit ook kwaliteit tussen. Zelf heb ik aardig wat prijzen gewonnen. Ik ben ook voor de derde keer doorgedrongen tot de finale van de Turing-gedichtenwedstrijd.


Financieel levert een publicatie in eigen beheer nauwelijks iets op. Zeg twee euro per boekje, en daar moet nog belasting af. Maar via een uitgever is het net zo slecht. Ik kan er niet van leven. Gelukkig heeft mijn vrouw een inkomen. Daar redden we het mee, als we niet te ruig doen. Ik voel een noodzaak om gedichten te schrijven. Het is een offer, maar ik heb het ervoor over.

Archief 2019