Logboek

Het Logboek (de edities van 2012 t/m najaar 2016 zijn hier niet meer terug te lezen) veranderde 1 januari 2020 weer van een dag- in een Weekboek. Elke week - een enkele keer iets vaker en vaker iets minder - schrijven over wat week maakt. Of zoals ik het tegenwoordig noem: ik ben in mijn leven onderweg om mooie dingen aan te raken. Vanaf juni 2021 zal er minder vaak dan wekelijks een bijdrage te lezen zijn; de schrijftijd gaat op aan boeken die in februari en in oktober 2024 verschijnen.

-----

Voor wie een handvat zoekt: met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar; met de pijl links vooruit naar het volgende. Handiger echter zijn deze links: daarmee ga je naar de inhoudsopgaven van 202320222021, 2020 (deel 1: A t/m F, deel 2: G t/m Ldeel 3: M t/m R, en deel 4: S t/m Z), 2019 en 2018 en de logboeken van 2017 en (enkele van) najaar 2016.

-----

Dat in het beeld de klok op vijf uur staat, is omdat mijn dag al zolang ik mij herinner, begint rond (en meestal al ruim voor) vijf uur 's morgens, hoe laat het 's avonds ook wordt. Sinds de zomer van 2022 sta ik op om steevast drie uur. Om te schrijven zijn het mijn meest productieve uren van de dag.

Week 47 - Dood

zondag 25 november 2018

In dagen van afscheid nemen – lees hier – hoor je ook verhalen van wat anderen hebben meegemaakt. 

Vandaag vertelde iemand mij dat hij waakte bij zijn moeder. Die had vernomen dat haar kanker onbehandelbaar was en dat zij binnen enkele weken zou komen te overlijden. Daarop besloot zij tot palliatieve sedatie, maar dan wel graag in het zorgcentrum waar haar dementerende echtgenoot inmiddels woonde. Dan kon die erbij zijn en er, hoewel de ernst van de situatie niet echt tot hem leek door te dringen, mogelijk toch iets van meekrijgen. 

Op vrijdagmiddag is zij in slaap gebracht en de zoon waakt tijdens de nachten, terwijl zijn vader slaapt in de kamer ernaast. Aan het begin van de tweede nacht, het einde van de zaterdagavond, komt de verpleging nog even haar pols voelen en constateert dat de situatie weliswaar verslechtert, maar dat het echt nog wel even zal gaan duren. Men vertelt opnieuw dat als er iets is… en wenst hem sterkte.

Net als de verpleging is vertrokken, staat zijn vader opeens in de deur. Vol onrust. Wat er aan de hand is, wil hij weten. De zoon vertelt dat er niks aan de hand is. Er is alleen nog even gekeken hoe het ervoor staat. Hij leidt zijn vader naar de slaapkamer. Die zegt: “Maar zij is toch al dood?” De zoon: “Nee papa, haar hartslag is er nog, dus zij blijft ook vannacht nog bij ons.” De vader: “Ik weet zeker dat zij dood is.”

Hij stopt zijn vader in bed en loopt terug naar het sterfbed. Maar… dan kijkt hij naar zijn moeder en… Haar gezicht ziet er opeens anders uit en als hij zijn hand op haar buik legt, voelt hij geen ademhaling. De gealarmeerde verpleegkundige constateert dat zij is overleden en belt intussen naar de dienstdoende arts.

Die wakende zoon tegen mij: “De ernst van de situatie leek dus niet tot mijn vader door te dringen, maar intussen is hij de enige geweest die klaarblijkelijk rechtstreeks in verbinding stond met haar.” 
Hoe lang waren ze samen, wil ik weten: “Zo’n zestig jaar”, zegt hij. Nee, daar kan geen dementie tegenop.

Archief 2018