maandag 18 juni 2018

Open brief in NRC-Handelsblad vandaag. Zo’n driehonderd schrijvers, uitgevers, wetenschappers en critici richten zich tot de Stichting CPNB (Collectieve Propaganda voor het Nederlandse Boek). Zij verwijten haar de “genderongelijkheid in het literaire veld te bestendigen”. Wat is er aan de hand? De CPNB organiseert elk jaar de Boekenweek en maakte vorige week bekend die voor 2019 als thema De moeder de vrouw mee te geven, wat de titel is van een gedicht van Martinus Nijhoff. Maar als De moeder de vrouw het thema is, zo vragen zij, waarom zijn dan alleen mannen – namelijk Murat Isik en Jan Siebelink – gevraagd om het Boekenweekgeschenk en –essay te schrijven?
Dat is niet het enige verwijt. Ik citeer: “Waarom […] dit thema, waarin de vrouw wordt geïdentificeerd met de moeder (en niet met bijvoorbeeld de huisarts of de postbode)? […] Vrouwen zijn als schrijver van de Boekenweekuitgaven structureel zwaar ondervertegenwoordigd. In twintig jaar tijd mochten van de CPNB slechts vier vrouwelijke auteurs een Boekenweekgeschenk schrijven. Het is bedroevend dat er anno 2018 nog altijd beargumenteerd dient te worden waarom vrouwen ook […] graag iets zouden willen en kunnen zeggen, ook als het om vrouwen gaat. […]
We leken eindelijk één doel te delen: het aanbieden van een grote diversiteit aan literatuur, door een divers palet van schrijvers, voor een even divers lezerspubliek. Maar wat blijkt nu: zelfs bij het thema De moeder de vrouw worden alle vrouwelijke auteurs in ons taalgebied overgeslagen.”
De ondertekenaars, onder wie Abdelkader Benali, Adriaan van Dis, Anna Enquist, A. F. Th. van der Heijden, Kristien Hemmerechts, Esther Jansma, Mensje van Keulen, Joke van Leeuwen, Geert Mak, K. Schippers en A.L. Snijders,doen twee aanbevelingen. Ik citeer weer: “Ten eerste dat u – naast het reeds geplande geschenk en essay – gratis een bundel aanbiedt, waarin vrouwen en mannen in essays, gedichten en romanfragmenten aan het woord komen over moeders en moederschap. U zou, ten tweede, ook kunnen overwegen twee essays te laten schrijven over het gedicht Moeder van Vasalis, een door een vrouwelijke en een door een mannelijke auteur.”
De aangeschrevene heeft inmiddels gereageerd:“De CPNB heeft dit nooit willen veroorzaken, het tegenovergestelde zelfs. Wij gaan graag met de opstellers van de petitie in gesprek. Wij overwegen wat we kunnen doen om aan de kwestie een positieve wending te geven ook in het kader van de leesbevordering en laten dit later weten, aangezien we alles met onze partners bespreken en toetsen aan hen.”
Ik voeg er graag een derde aanbeveling aan toe. Welk van genoemde gedichten vinden lezers het mooist? Dat van M(ijnheer) Nijhoff (lees hier) of dat van M(evrouw) Vasalis? (lees hier). En dan verneem ik ook graag hoeveel vrouwen en hoeveel mannen uiteindelijk hebben gestemd.