Logboek

Het Logboek (de edities van 2012 t/m najaar 2016 zijn hier niet meer terug te lezen) veranderde 1 januari 2020 weer van een dag- in een Weekboek. Elke week - een enkele keer iets vaker en vaker iets minder - schrijven over wat week maakt. Of zoals ik het tegenwoordig noem: ik ben in mijn leven onderweg om mooie dingen aan te raken. Vanaf juni 2021 zal er minder vaak dan wekelijks een bijdrage te lezen zijn; de schrijftijd gaat op aan boeken die in februari en in oktober 2024 verschijnen.

-----

Voor wie een handvat zoekt: met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar; met de pijl links vooruit naar het volgende. Handiger echter zijn deze links: daarmee ga je naar de inhoudsopgaven van 202320222021, 2020 (deel 1: A t/m F, deel 2: G t/m Ldeel 3: M t/m R, en deel 4: S t/m Z), 2019 en 2018 en de logboeken van 2017 en (enkele van) najaar 2016.

-----

Dat in het beeld de klok op vijf uur staat, is omdat mijn dag al zolang ik mij herinner, begint rond (en meestal al ruim voor) vijf uur 's morgens, hoe laat het 's avonds ook wordt. Sinds de zomer van 2022 sta ik op om steevast drie uur. Om te schrijven zijn het mijn meest productieve uren van de dag.

Week 24 - Happy end

zondag 17 juni 2018

In zijn mooiste boek (mede door de tekeningen van Peter Vos) schrijft Koos van Zomeren dat natuurdreigingen tussen roof- en aasdieren voor toeschouwers vaak het meest gediend zijn met wegkijken. Of zoals hij letterlijk zegt: “Een happy end is vaak een kwestie van tijdig weg wezen.”
 



Een vederlichte wanhoop heet dat boekje (uit 1987 - hierboven de afbeelding op de voorkant) en ik moest een paar weken geleden aan de geciteerde woorden denken toen ik ’s ochtends heel vroeg een wandeling maakte en een zwakke jonge duif belaagd zag worden door een kwaadaardig stel kraaien. Ik wist dat dat niet goed ging aflopen en maakte me uit de voeten. Maar ja, het plaats delict was dicht bij huis, dus ’s middags ging ik er nog eens langs om mijn vrees bewaarheid te zien worden.

Vorige week zag ik weer een dier in nood en verwachtte dat dit wederom slecht zou aflopen. Op internet verscheen een filmpje van een wasbeer die in Amerika een kantoorgebouw van 23 verdiepingen beklom om uiteindelijk op het dak tot rust te komen. Na mijn verbazing over zijn behendigheid – hoe lukt het zo’n beest in godsnaam om zo lang en zo hoog tegen muren op te klimmen? – was er natuurlijk de vraag: wat is er gebeurd nadat hij het dak had bereikt? Het hield me maar bezig. Het sensationele nieuws – de klim zelf – was overal (terug) te lezen; de afloop was klaarblijkelijk minder interessant.
 


Maar… na enig zoeken lees ik nu toch dat de dappere klimmer inmiddels is gevangen: “met een schaaltje kattenvoer en geduld en een diervriendelijke val.” Het dier is daarna vrijgelaten in het wild.

Een happy end is soms een kwestie van op tijd terug zijn.

 

Archief 2018