Logboek

Het Logboek (de edities van 2012 t/m najaar 2016 zijn hier niet meer terug te lezen) veranderde 1 januari 2020 weer van een dag- in een Weekboek. Elke week - een enkele keer iets vaker en vaker iets minder - schrijven over wat week maakt. Of zoals ik het tegenwoordig noem: ik ben in mijn leven onderweg om mooie dingen aan te raken. Vanaf juni 2021 zal er minder vaak dan wekelijks een bijdrage te lezen zijn; de schrijftijd gaat op aan boeken die in februari en in oktober 2024 verschijnen.

-----

Voor wie een handvat zoekt: met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar; met de pijl links vooruit naar het volgende. Handiger echter zijn deze links: daarmee ga je naar de inhoudsopgaven van 202320222021, 2020 (deel 1: A t/m F, deel 2: G t/m Ldeel 3: M t/m R, en deel 4: S t/m Z), 2019 en 2018 en de logboeken van 2017 en (enkele van) najaar 2016.

-----

Dat in het beeld de klok op vijf uur staat, is omdat mijn dag al zolang ik mij herinner, begint rond (en meestal al ruim voor) vijf uur 's morgens, hoe laat het 's avonds ook wordt. Sinds de zomer van 2022 sta ik op om steevast drie uur. Om te schrijven zijn het mijn meest productieve uren van de dag.

Week 23 - Opgegeven

donderdag 14 juni 2018

Vandaag maakte de VSCD – de Vereniging van Schouwburg- en Concertzaaldirecties – de nominaties bekend voor de Nederlandse cabaretprijzen: de Poelifinario (voor het beste programma van het voorbije seizoen) en de Neerlands Hoop (voor de grootse belofte) 
Aan een van de grote cabaretimpresariaten van ons land vroeg ik vandaag of men niet teleurgesteld is met slechts één van de elf nominaties. De reactie:Dit jaar moesten de cabaretiers zich ‘opgeven’ als ze in aanmerking wilden komen voor de nominaties. Dat heeft van onze cabaretiers er maar één gedaan. De rest vond het zo onzinnig dat men is afgehaakt.”
 



De Nederlandse cabaretprijzen zijn de afgelopen jaren zo gedevalueerd dat je je afvraagt waarom men er in godsnaam nog mee doorgaat. Persoonlijk heb ik me, als jurylid en als lid van een werkgroep die zich sterk maakte voor de emancipatie van het cabaret als theaterkunstvorm, jarenlang ingezet om de prijzen allure te geven, waardoor het voor genomineerden een eer is daarvoor in aanmerking te komen. Om allerlei redenen is dat niet gelukt. Nu zijn er dus weer twee nieuwe troeven ingezet: 1. je moet je zelf opgeven, zodat je er daarna niet over mag zeuren en de prijs ook niet kunt weigeren; 2. je strijdt als cabaretiers met zeer uiteenlopende stijlen en genres niet meer met z’n allen (nou ja, inmiddels klaarblijkelijk met z’n weinigen) om één prijs, want de Poelifinario is voortaan opgedeeld in drie categorieën: entertainment, kleinkunst en engagement.

Die categorieën: hoe ongelukkig gekozen! Een vakprijs door een vakjury die het cabaretvak niet verstaat! 1. Een prijs voor Entertainment is geen cabaretprijs, maar een entertainmentprijs! 2. Kleinkunst is, net als cabaret, een categorie binnen het Nederlandse theateramusement, maar dus wel een andere! Alsof je een framboos de aardbeiprijs toekent! Blijft over 3. Engagement – ja, dat is nou precies cabaret. 
Ik zie de namen van de juryleden en onder hen bevinden zich ook niet langer recensenten, theatermakers, regisseurs of theaterdirecteuren met een visie op het cabaretvak; het zijn de lichtgewichten die nog wèl willen. Hebben zich vast zelf opgegeven nadat zoveel anderen het hebben opgegeven. 

De prijsuitreiking is 1 oktober in Theater Diligentia Den Haag. Ik hoef er niet heen.

Archief 2018