Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 9 - 110-111. Daan Doesborgh [3/5]: Or...

zaterdag 09 maart 2024

Orpheus

Je weet toch dat de doden
snel vergeten wie we zijn
Als Hermes zegt dat hij heeft
omgekeken weet Eurydice
niet eens wie hij bedoelt

Pater Schreurs [*] ontmoet
zijn dode vader, die heeft
geen idee, Kennedy bij Dylan
die zijn broers ontkent:
de doden zijn dement

2024

[*]
Daan Doesborgh komt uit Steyl, Limburgs dorp in de gemeente Venlo. Natúúrlijk kent hij Pater (Jacques) Schreurs (1893-1966), als schrijver het bekendst van de roman Kroniek eener parochie (1941-1948), waarop Willy van Hemert in 19678 de tv-serie Dagboek van een herdershond baseerde. 

----

Nee, niet alle gedichten uit Daan Doesborghs bundel Moet het zo gaan over de dood, maar wel veel. Zoals over de dood van vrienden bij de MH17-ramp en zoals het gedicht voor Martijn Teerlinck. De toelichting ontbreekt, maar Teerlinck – een Vlaamse dichter-zanger die in Amsterdam opgroeide en er Literatuurwetenschap en Italiaans studeerde – won in 1910 samen met Daan Doesborgh het Nederlands kampioenschap Poetry Slam. Teerlinck lijdt aan het Syndroom van Marfan, een aangeboren afwijking van het bindweefsel, die met veel complicaties gebaard gaat. Na een noodzakelijke operatie aan zijn aorta overlijdt hij. Dat is in december 2013; hij is dan pas 26 jaar oud. Doesborgh draagt Open mond aan hem op.

Open mond

je fluisterde dat het allemaal
wel meeviel, en ik schaamde me
voor mijn schreeuwen

ik was een plaag krijsende parkieten
en jij een dansende zwerm spreeuwen
Ik was een steigerpijp die naar beneden 
kwam en jij een man, met

schragende schouders die spraken
als je gebaarde met je mond
je vouwde een servetje open
en toonde ons een steen
een bos oude takken
en het weten van de wereld

en daar stond ik, twee jaar later,
een pak vol zand, bedremmeld
op een pad en keek je na
porde met een stok naar
je woorden, vond alleen
het dichte woord waarin je toen verscheen
de open mond waarin je toen verdween

Wordt vervolgd.

Archief 2024