Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 9 - 99-100. Hugo Claus [2/4]: Een vrouw [3-4]

zondag 03 maart 2024

Een vrouw
3

Het moordenaarszaad schiet woedende wortels.
Hoe zal ik, herderin, in u ontvlammen?
Netel in het gras?

Een hese vrouw welt uit uw keel
En dooft de morgen in zijn hinderlagen.
Uw huid,

Dat wild
En waaiend riet waarin ik vlammen rijd,
Verbrandt verrast.

1955


Vervolg van gisteren.

De cyclus
Een vrouw is een van de meest overrompelende beschrijvingen van de seksualiteit in onze literatuur. In een overvloed van vegetale en animale beelden wordt een blindagressieve paringsdrift opgeroepen. Van geestelijke liefde is hier nergens sprake, wel van een lichamelijke passie die haar slachtoffers tot bijna anonieme tegenspelers maakt... 






[Paul Claes in het nawoord van De Oostakkerse gedichten (1986).]


Een vrouw
4

Schubben, veren steken en mijn huid springt 
En legt haar wormen bloot
Als uw adem de mijne ontmoet
En schaduwspelen vormt

Als ik u raak
Wordt de vuursteen van mijn stenen zaad
Een koudvuur
Een kwaad getij.

Zoals het zwijgend dier
Zwel ik als ik in u treed.
Wij zijn gemengd en
Vervuld door de meest vervreemdende taal,

Door de geheime verbranding,
De verblinde wandeling,
De wreedheid van berookte handen,
Door de tanden van de liefde.

Wordt vervolgd.

Archief 2024