Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 2 - 18. Lars Gustafsson: Sonnet XXVII

dinsdag 16 januari 2024

Vervolg van gisteren.


Voor degeen die tegen de onderkant 
van 't ijs aankijkt, is ijs iets wits 
en wakken en bijten, waar water 
nog vrij is, lijken, voor zover er 
nog daglicht gloort, op uitgestrekte donkere 
velden. En slechts degeen die weet 
dat er midden in 't duister een uitweg is, 
dat wit op zwart duidt (zo kan ijs het beeld 
van vrije wil dat 't oog zich maakt verdraaien)
en in staat is, tegen zijn instinct, te zwemmen 
weg van het licht, het donker tegemoet, ziet 't daglicht weer. 
Er is, zo gauw een geringe gewoonte zich verlegt, 
een woord van betekenis verandert, een kans, een kleine, 
dat iemand 't redt. Dat hij weer daglicht ziet. 

2007


Uit diezelfde essaybundel van Marjoleine de Vos. J. Bernlef vertaalde het Zweedse origineel.
Zie ook hier.

Archief 2024