Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 45 - 170. Peter Colpaert: Lente

maandag 07 november 2022

De lente zoekt m’n arme straat
maar heeft verkeerd gekozen
er staat geen wilg en geen plataan
geen tulpen geen gazon
maar achter glas staat schaamteloos
de vaas met plastic rozen
die groeien zonder lente ook
als ’t moet zelfs op beton

de lente zoekt m’n arme straat
maar zal erin verdwalen
er groeit geen struik, geen boterbloem 
die zich hier plukken laat
en zelfs al zou ze radeloos
de duivel ervoor halen
dan groeide er nog geen onkruid
in mijn machteloze straat

de lente zoekt m’n arme straat
maar vindt er slechts de scherven
van ijs dat nauwelijks ontdooid
voor de zon verborgen lag
hoe mooi klonk het in Brel z’n lied:
‘het is zo moeilijk sterven
als het lente is’, maar niet voor wat
nog nooit een lente zag

de lente vindt m’n arme straat
maar kan er niets beginnen
het groene mos dat schaduw zoekt
houdt nog wat evenwicht
dan gaat ze moe en moedeloos
een bloemenwinkel binnen
waar elke snijbloem troosteloos
een klap is in ‘t gezicht

de lente in een kille straat
kan nooit op lente lijken
zolang het grauw en koud beton
slechts minachtig verraadt
ofwel moet ik – ik weet het niet
met andere ogen kijken
die meer de kleur van ’t leven zien
en verder dan m’n straat, m’n arme straat

2022


Boudewijn de Groot in het tekstboek van zijn nieuwe cd:
‘Het zal in mijn lagereschooltijd geweest zijn dat ik twee natuurfilms van Disney zag: De woestijn leeft en De prairie verdwijnt. In De woestijn leeft was te zien hoe midden in het zand van de Sahara, niet eens in de buurt van een oase, opeens een plantje op schoot. Er werd ook bij verteld dat het groeide, ook al was de omgeving bar en boos. Het was typisch Disney: het moest wel altijd hoopvol zijn. Dat beeld is me altijd bijgebleven. We zijn heel intensief bezig met het milieu en de opwarming van de aarde. Alleen, het milieu dat zijn wijzelf. Als wij er om wat voor reden dan ook niet meer zijn, is de natuur er nog wel. Hoe ernstig toegetakeld ook. Er zal altijd wel een plantje of een insect zijn dat overleeft, ook als er twaalf atoombommen vallen. Over de aarde en de natuur hoeven we ons dus wat dat betreft niet zo druk te maken. En dat nog zeker vijf miljard jaar, want ik heb begrepen dat daarna de zon uitgedoofd is en de aarde een koude, onbewoonbare planeet wordt. Maar met wat er zich nu allemaal afspeelt, hebben we vooral onszelf. De natuur redt zich wel.

En over Lente:
De tekst heeft dezelfde thematiek als Aarde. De wereld wordt volgebouwd met beton en staal, zodat er voor de natuur geen plek meer is. De tekst van Peter Colpaert is alleen nog wat defaitistischer, maar toch groeit er tegen alle verdrukking in bij hem ook nog iets als mos. Het beeld sprak mij aan.  

Beluister het lied hier. 

Wordt vervolgd.

Archief 2022