Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 23 - 61. Paul Demets: Pastoor

zaterdag 13 juni 2020

Het is warm op je voorhoofd. Je predikt het delen
en stipt in de lucht aan met je zwevende 
vinger: ongelijkheid, een onbewoonbaar wordende,

verhittende planeet, de uitholling van de democratie.
Je hand verliest je vinger. Rook hangt
in de door stralen beschenen kamer. Ik hoest.

Rook vult het schip waarin ik nu wandel achter de kist.
Ik word weer een jonge roeier en haal munten op
tussen de stoelen voor de overtocht. Je zingt voor de dood

en mijn ogen tranen omdat ik hoge klanken zocht
en diep ademhalen moest. Dan houdt het zingen op,
het spreken. Nog neem je mij apart. De uitgeblazen kaarsen.

Het roet. Rook hangt in de beschenen kamer. Je handen
ritsen weer open. De torenspits wordt zwarter dan zwart.

2020


Vervolg van gisteren en slot van deze reeks.


Paul Demets:
Een echo van de getuigenissen over misbruik in de kerk die de pers haalden. 

Archief 2020