Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 22 - 52. Jacques Hamelink: Heugenis van Griseldis

donderdag 04 juni 2020

Het zeikt van de regen, ook over die bouwval
van een houten schuur, inhoudend autowrakken
en hooi, aan de overkant van het weggetje.

Door daar te baren en haar nest jongen daar
voor ons verborgen te bewaren heeft juffrouw
Griseldis Kiezelsteen een vergissing begaan

maar ze herstelt die. Te midden van de nacht
heftig nagelgekrab aan het, omhoog, een hand
breed openstaand slaapkamerraam. Sliknatharig

brengt Griezeltje, secuur ze tussen haar tanden,
een voor een, haar vier borelingen aan en legt
ze ons als cadeau uit haar bek aan ons voeteneind.

Zo middernachtelijk onwijs verrast zijn wij dat
wij haar laten begaan, haar voor zichzelf en haar
blindies het gerieflijk maken; verrast en bekoord om

dat Griezel, die onzekere springster en klimster, onder
het steeds harder doorzeken dak van de muizenschuur zich
de enige toegang herinnerd heeft tot haar huis; vereerd

dat de absolute geborgenheid van haar grut bij ons in bed is.

2020


Vervolg van gisteren.

Na de vierde afdeling – vijf gedichten over het eerste besef van de eigen seksuele identiteit, maar nog te jong om daarmee echt te experimenteren – volgt Dal van de Reest, met tien gedichten over de volwassen man, woonachtig met vrouw – voor het eerst is er sprake van ons en wij – en hond en bovenstaande kat in (de buurt van) Oud-Avereest in Overijsel, waar het riviertje de Reest stroomt. Het eerste gedicht, Bekorte wandeling met de herder, komt ook uit deze vijfde afdeling.

Archief 2020