Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 35 - 246. Erik Menkveld: Troosteloos...

dinsdag 03 september 2019

Troosteloos eerbetoon

Liep er een schuld te hoog op? Klapte je uit de school?
Of was je gewoon een klootzak met pech? Wrong time
wrong place
. In een koffer en weg. Hoe dwars heb je
god mag weten wie gezeten dat ze je zo afdoende
afsneden van alles wat je bent geweest?

9 oktober jongstleden (lees ik op internet) hesen
medewerkers van de reinigingsdienst te Osdorp die koffer
uit een sloot en troffen je daarin aan. Drie weken
later had je nog steeds geen naam. En warempel:
voor een misdrijf werd gevreesd.

Vanachter mijn dichtbevolkte raam staar ik een tijdje
over de lege vlakte van je leven, stel me je jeugd voor,
je huis, je eten, je muziek, je liefdes, de fatale
gewelddadigheden op je uiterste netvlies, probeer
te reconstrueren wat ik deed

op dat vlijmend ogenblik (praten met de juffrouw
van mijn zoontje over zijn vorderingen met rekenen).
Verlies me weer eens dichterlijk in de gelijktijdigheid
en het weinige dat een mens vermoedt van het hem
voortdurend genadeloos omgevende.

Wie doet er zoiets, denk ik naïef. Degene die jou
in stukken sloeg en als grofvuil in het water smeet is toch ook
uit een moeder geboren, zal toch ook op zwemles gezeten,
op grassprieten gekauwd onder de sterren en ooit huiverend
naast een ondoorgrondelijk lief hebben gelegen.

Alles wat jij hebt bemind, genoten, gehoopt, geloofd,
alles wat je is aangedaan of overkomen,
is onoprakelbaar in die ijskoude sloot gedoofd.
Je hebt er geen krantenpapier mee gehaald.
Daarom schraap ik hier deze

woorden bij elkaar – niet als troost,
want wat heb je daaraan als dode, maar als troosteloos
eerbetoon aan het ongehoorde leven dat in je heeft gewoed
voor het voorgoed uit de weg wordt geruimd
‘een steek diep’, in Vak B, grafnummer 51.

2008


Voor toelichting: lees hier. 

Archief 2019