Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 9 - Willem Jan Otten: Bij het vernemen...

zaterdag 10 maart 2018

Bij het vernemen dat de esdoorn door de nieuwe eigenaar toch is gerooid

In het midden van herinnering, verschreven tuin,
daar stond een boom. Hij hoorde bij ’t verkochte huis
waar zonen zijn geboren, dummies vol geschreven,
mosselen in wijn gekookt, klepper kattenluik.
Hij stond er toen we onze intrek namen,
niemands eigendom een wachter als de maan.

Wij lieten hem staan, hij zou ons bewaren.

Spoelt per gelukszoeker een esdoorn aan,
een nachtelijk geruis door het slaapkamerraam,
een koerend duivenpaar elk jaar,
een wemeling van blad recht boven de kinderwagen,
een grote gons eind mei om bloesem van myriaden  bij,
een vogelhuisje zonder mezen gespijkerd in de stam,

staat er een boom in iedereen die verder moest,
is hij wat nooit mee mee het graf in gaat,
als de maan staat hij niemands eigendom op wacht.

2018


Praesenium is de titel die de vijfde en laatste afdeling van Ottens bundel draagt. Praesenium: de periode die aan de ouderdom voorafgaat. Als motto geeft hij deze reeks regels van Elisabeth Eybers mee:

Ek hoop
om te voldoen aan omgekeerde bloei
en leeg genoeg te loop om vol te loop
met wat vanuit hierbuite binnevloei.

Otten is nog niet in staat om vol te loop met wat vanuit hierbuite binnevloei, zo blijkt als hij, in een ander gedicht dan het bovenstaande, schrijft: Ik heb veel moeten leven om er weinig van te weten. En hij kan ook nog niet voldoen aan […] leeg genoeg te loop, want hij leeft in het midden van herinnering, zoals bij het vernemen dat de esdoorn door de nieuwe eigenaar toch is gerooid.
Het is niet de boom van het ouderlijk huis, maar die van het huis waar zijn vrouw, schrijfster Vonne van der Meer, en hij lang woonden, waar zonen zijn geboren en dummies vol geschreven en nog zoveel meer. Hij stond er toen we onze intrek namen en ze beschouwden hem als niemands eigendom, maar een wachter als de maan. Daarom lieten wij hem staan. 

Archief 2018