Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 41 - Benno Barnard: Willems dood

zaterdag 14 oktober 2017

Op je dak zong de merel; de ijsvogel
vloog in brand boven de singel; je rolstoel
verdronk zich (voornen sprongen opzij).

En jij lichtte je hoed, knikte, sloeg goed
ter been de hoek om. De kleine zwarte zweeg -
de ijsvogel doofde boven de singel.

Zo liet je ons aan langzaam water achter,
zwijgend uit eigen werk. De lucht werd donker,
er dreigde onweer. We konden terugzingen.

2017


Uit Het trouwservies dus, de nieuwe bundel van Benno Barnard. Hebben we het nog, het trouwservies? Kan niet anders of daar zitten inmiddels scheurtjes en barsten in. En het is vast ook niet meer compleet; ontvreemd, stukgevallen...

Twee theologen: de gestorven vader, dichter Willem Barnard (alias Guillaume van der Graft), en de zoon, dichter Benno Bernard (alias zichzelf). Als de zoon de vader herdenkt in het openingsgedicht, ligt de Christelijke symboliek voor het oprapen.

De merel zong - de merel, meeslepend zingend en daarmee symbool van verlokking en verleiding. De dood roept.
De ijsvogel vloog in brand- de ijsvogel, symbool van de keuze aan iedereen om in liefde geboren te worden en op te groeien. Maar hoe je dat vervolgens invult... God velt zijn oordeel: voor de Vromen is er vrede en rust; de goddelozen rest onblusbaar vuur. Hemel en Hel!

De dood roept; het oordeel wacht... Maar... de vader heeft geen angst, want
jij lichtte je hoed, knikte, sloeg goed ter been de hoek om. Zat daarvóór nog in een rolstoel, maar je rolstoel verdronk zich... Hij wist dat hij die niet meer nodig had en daarom zelfverzekerd (de voornen sprongen opzij) in de gracht gereden.

Die kleine zwarte zweeg - dat is de merel; zij deed haar werk...
De ijsvogel doofde - want natuurlijk wacht hem de Hemel en niet de Hel.

Dan de achterblijvers -
zwijgend uit eigen werk en we konden terugzingen...
Wat mooi omschreven: bij elkaar als het moet, als het mag... Ook na de dood.




Archief 2017