Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 10 - Hella Franken: Praevius

maandag 06 maart 2017

't Is pikkedonker als ik door de straten dwaal
van de plaats waar ik, jaren vijftig, ben geboren;
waar ik zoveel vond, maar zoveel meer nog verloor en
ik weet dat ik 't eind van mijn leven hier niet haal.

'k Ken overal de weg, zelfs zonder ogen, oren;
vannacht ontgaat mij het gebrek aan pracht en praal.
Bijna werd de rampspoed mij fiks funest fataal
in dit dorp, waar ik nu loop tot het ochtendgloren.

Vanmorgen stap ik, finaal, in mijn nieuw begin;
laat alles achter om te kiezen voor die ene;
en iedereen - ach, de mortuis nil nisi bene.

De zon sterkt m'n rug als ik toeloop op degene
die brengen zal wat ik nooit kende: een gezin.
Haar stad van daden laat zich woordloos met me in.

2017


Een paar weken geleden koos ik hier al een sonnet uit de dit najaar te verschijnen debuutbundel van Hella Franken (1956). Ook dit keer een klassiek strakke vorm, maar qua inhoud met meer raadsels dan in De Liefste ontwaakt. Praevius is de titel en dat betekent vooruitwijzing. De handeling die volgt op de nachtelijke tocht moet nog plaatsvinden? Of begint die als zij schrijft: De zon sterkt m'n rug als ik terugloop?

Mooie vondst:
pikkedonker (strofe 1), vannacht [...[ tot ochtendgloren (strofe 2), vanmorgen (strofe 3) en rugsterkende (dus felle) zon (in strofe 4). Zij ilep wat kilometers af om alles achter te laten. Alles en iedereen, maar wat iedereen betreft en in navolging van de titel in het Latijn: van de doden niets dan goeds.

Alle raadsels opgelost? Bijna! Ze gaat weg, want in de eerste strofe staat:
ik weet dat ik 't eind van mijn leven hier niet haal. Maar waar dan wel? In elk geval bij een ander, op wie zjj zeer vertrouwt, want de zon sterkt m'n rug als ik toeloop op degene die brengen zal... En wat brengt die: wat ik nooit kende: een gezin.

Maar dan die laatste regel:
Haar stad van daden laat zich woordloos met me in. Er is in ons land maar één stad van Geen woorden, maar daden. Van het dorp naar die stad? Bedoelt zij dat? En geen woorden, maar daden geldt natuurlijk ook voor haarzelf nu zij die stap zet.

 

 

Archief 2017