Gedicht gedacht

 Poëzie is alledaags in de zin dat het voor iedere dag is (Carol Ann Duffy)

Een sinds 2016 dagelijkse en vanaf 1 januari 2020 wekelijkse, maar daarna toch weer iets vakere rubriek met gedichten en gedachten daarover. Het levensmotto blijft: ik ben onderweg om mooie dingen aan te raken.

------

Voor wie een handvat zoekt:
Met de pijl rechts van ARCHIEF (zie onderaan deze pagina) ga je terug naar het vorige jaar;
met de pijl links naar het volgende. Handiger zijn deze links: daarmee ga je naar de 
inhoudsopgaven van 2024-1 (A t/m K) en 2024-2 (L t/m Z), 2023-1 (A t/m K) en 2023-2 (L t/m Z), 
2022-1 (A t/m K), 2022-2 (L t/m Z) 2021-1 (A t/m K), 2021-2 (L t/m Z), 2020-1 
(A t/m K), 2020-2 (L t/m Z), 2019, 20182017 en 2016.

Week 8 - Johanna Kruit: Ouder worden

donderdag 23 februari 2017

wij zullen langzaam stiller zijn misschien
haast ongemerkt wordt zwijgen dan tot spreken
de dagen lopen zachter door de weken
we zullen dichterbij de grenzen kunnen zien

en wat voorbij is lijkt zo'n ver verleden
zoals een heel oud boek dat lang gelezen is
een dromend kind dat al verdwenen is
en niets te maken heeft met alles van het heden

wij zullen langzaam stiller zijn misschien
en onze angst verbergen achter kleine dingen
maar in de nachten zal het donker zingen
van wat nog komt en wat je niet kunt zien

1978


Veertig jaar geleden zongen wij. Twee jongens met gitaren, blokfluiten, een autoharp en zelfs een mondharp. Die veertig jaar daarna zijn wij elkaar blijven zien, want de vriendschap die er jong al met zijn vrouw en hem was, is de decennia daarna verder verdiept.

Van middelbare school en eerste liefdes naar verkering en trouwen...
Van trouwen naar kinderen krijgen (zij twee) en scheiden (ik).
Van kinderen het huis uit (zij) naar een nieuwe relatie en weer trouwen (ik).
Van verhuizen (zij) naar toch weer een breuk (ik).
Van een grote crisis (zij) naar wat de hemel leek: nieuwe relatie en derde keer trouwen (ik).
Van een diepe val naar, dankzij vrienden (zij), toch weer opgestaan (ik).
Van elkaars geluk delen met vrienden (zij) naar het samenzijn met de Liefste (ik).

Gisteren spraken zij twee en ik elkaar uitgebreid en toen ik daarna terugliep naar de trein, kwam opeens dit gedicht van Johanna Kruit (1940) in me op. Veertig jaar nadat hij en ik het zongen, ken ik het nog altijd uit mijn hoofd. Opmerkelijk. Vanochtend heb ik de dichteres een berichtje gestuurd om dat te zeggen. En ik liep naar mijn bibliotheek voor het bundeltje waaruit ik veertig jaar geleden dit gedicht koos. En ik dacht: veertig jaar geleden; is mijn herinnering wel juist; klopt echt dat ik het nog helemaal ken? Na Dirk Kroon en voor Jacques Kruithof - daar staat het: Verdronken water. Uitgeverij Opwenteling. Eindhoven, 1978. En ja, het klopt: woord voor woord, regel voor regel, strofe voor strofe... En ik nam de gitaar met nylonsnaren (want ook die heeft die veertig jaar doorleefd) en... speelde mijn melodie van toen zonder ook maar één hapering. Opmerkelijk? Haast onvoorstelbaar!



  

Archief 2017